Skip to content Skip to footer

De verzorgingsovereenkomst en de schuldbekentenis in het erfrecht

Er zijn twee soorten relaties mogelijk:

– (de erflater was hulpbiedend)

De erflater verschaft voordeel aan een kind bv door een kind te laten inwonen of door oppas te verlenen aan de kleinkinderen. Na het overlijden van de ouder maakt het overige kind hierover zijn beklag en stelt een erfrechtelijke vordering ter compensatie van deze tegenwaarde(s).

– (de erfgenaam was hulpbiedend)

De erflater wordt verzorgd door één van de kinderen, al dan niet inwonend. Na diens overlijden wordt ofwel geschil gevoerd over de reeds betaalde of nog te betalen bedragen (zonder contract of mét contract).

Wat zegt de theorie (het erfrecht) en wat stellen we vast in de praktijk?

De erflater was hulpbiedend.

In theorie:

De hulp die geboden wordt doordat de erflater een dienst aanbiedt wordt aanzien als een voordeel dat niet verrekend wordt in een erfrechtelijke context. Om dit te compenseren schenken de grootouders soms een bepaalde bedrag ter compensatie. In tegenstelling tot wat de grootouders dachten hebben ze hun kinderen hiermee juridisch echter geenszins gelijk behandeld.

In het huidige erfrecht komen geleverde diensten immers niet ter sprake bij gelegenheid van erfrechtelijke gelijktrekking van kinderen. Vermits er geen verarming is ontstaan uit het vermogen van de erflater, is er geen sprake van een overgedragen vermogensbestanddeel zodat kosteloze zorgprestaties ten voordele van kind 1 niet moeten worden ingebracht terwijl de schenking van de geldsom aan kind 2 wél moet worden ingebracht en verrekend. Deze inbreng dient dan te worden verrekend ofwel op de individuele reserve, ofwel op het beschikbaar deel, naargelang het een schenking betreft op kindsdeel (reserve) of buiten deel.

In de praktijk:

Het instaan voor de opvang van de kinderen van één kind door de grootouders (op het bieden van voordelen in natura naar aanleiding van een crisis) kan worden aangevoeld als de uitvoering van een dwingende morele plicht of aan een noodzaak ten gevolge persoonlijke omstandigheden. Mits het opstellen van een overeenkomst kan worden vastgelegd dat de schenking van de geldsom aan kind 2 geschiedde met hetzelfde begiftigingsinzicht als de opvang/hulp voor kind 1. Hierdoor wordt het juridisch probleem opgelost en het bewijs geleverd dat eenzelfde begiftigingsinzicht bestond zowel voor de prestaties van de erflater voor kind 1 als voor de bancaire storting aan kind 2.

Hierdoor voorkomt men dat , na het overlijden, tegenstrijdige belangen ontstaan die als moreel onaanvaardbaar worden aangevoeld, ook wanneer ze juridisch als wettelijk moeten worden aanzien.

De erfgenaam was hulpbiedend.

In theorie

In deze context wordt de hulp die geboden wordt door een erfgenaam aan de ouder aanzien als een ‘natuurlijke verbintenis’ die niet verrekend wordt in een erfrechtelijke context, tenzij hiervoor een afwijkende overeenkomst wordt opgesteld.

In de praktijk:

De ouder wenst een kind voor de verstrekte zorgen te vergoeden en beschikt daarvoor over diverse mogelijkheden: een testamentaire begunstiging; een schenking met last van verzorging ; een schuldbekentenis of het sluiten van een zorgovereenkomst .

Deze tekst handelt enkel over de schuldbekentenis en de verzorgingsovereenkomst.

– een schuldbekentenis;

Een schuldbekentenis kan gebeuren zonder toelichting ofwel mét toelichting zoals bijvoorbeeld het gegeven van geleverde diensten. In de erfrechtelijke praktijk zal dit vaak aanleiding geven tot betwisting of onderzoek in welke mate de schuldbekentenis ook aan de beweerde realiteit beantwoordt. Dit impliceert een onderzoek naar de feitenkwestie hetgeen vanzelfsprekend erg precair is, na het overlijden van de erflater.
Diverse vonnissen en arresten verwerpen dan ook een schulderkenning op grond van navolgende motieven:
– het document is onvoldoende bewijskrachtig bij gebrek aan andere be-wijzen;
– er wordt geen aanleiding bewezen voor de schulderkenning;
– de handelingen van de erflater spreken tegen dat er nood was aan de erkenning van schulden.
– de bewoordingen sluiten niet uit dat de tekst ook een andere juridische betekenis kan hebben, zoals de uitdrukking van een gevoel van dank-baarheid zondermeer.
– de begunstigde werd aangeduid als testamentair legataris hetgeen vol-staat als begunstiging.
– de schuldbekentenis is een constructie om de wettelijke reserve te om-zeilen.

Er dient dan ook met veel zorg te worden gehandeld indien men een schulderkenning zondermeer wenst aan te rekenen aan de nalatenschap.

Het document op zich volstaat meestal niet en dient ondersteund te worden door andere documenten om de achtergrond van de schulderkenning geloofwaardig en afdwingbaar te maken, welk ook de juridische achtergrond is van deze schuldbekentenis.

(afstand van loon, financiële bijstand, lening, compensatie van andere voordelen, e.d.)

– het bestaan/sluiten van een zorgovereenkomst .

In de rechtspraak zien we de meest tegenstrijdige interpretaties van de zorgovereenkomsten; er zijn niet alleen geschillen zonder geschreven overeenkomst, maar ook conflicten mbt de interpretaties van onzorgvuldig opgestelde verzorgingsovereenkomsten.

Wat is een zorgovereenkomst?

De zorgovereenkomst is een duidelijke, wederzijdse en wederkerige verbintenis waarbij de verzorger zich verbindt ten aanzien van de verzorgde persoon over zijn levensonderhoud en dagelijkse zorgen in te staan terwijl de verzorgde persoon zich ten aanzien van de zorgverstrekker verbindt tot een uitgestelde betaling van een maandelijks bedrag voor dit onderhoud en deze zorgen.

Geen geschreven overeenkomst.

De feiten: Zorgafspraken met 1 kind op mondelinge basis en maandelijkse betalingen bij leven zonder geschreven overeenkomst.

De discussie is als volgt: Volgens de zorgverstrekker betrof het een zorgovereenkomst. Volgens de andere kinderen betrof het een vermomde schenking. Er diende te worden nagegaan welke kwalificatie gegeven werd aan de uitgekeerde bedragen. Werd de zorg exclusief geleverd door 1kind of ook door anderen?Werden de prestaties bewezen?Werd bewijs geleverd van de tarifiëring van de prestaties?Wat doen we met het gegeven dat de overige erfgenamen/zorgverstrekkers niet betrokken werden bij het bestaan van de overeenkomst, de tarifering van de prestaties, en de betwisting of de aangegane prestaties ook effectief geleverd werden,e.d..

De notaris adviseerde als volgt:
– er werd geen geschreven bewijs geleverd van een zorgovereenkomst;
– de inkomsten van vader werden ontvangen door kind 1;
– de bestendige opdracht werd gegeven door kind 1 zelf , als volmachtdrager, en niet door de ouder
– de grootte van de zorgvergoeding was aanzienlijk; de verhouding tussen de zorgvergoeding en het beschikbare inkomen werd niet aanvaard;
– de andere kinderen/erfgenamen waren hierbij niet betrokken;
– de bancaire stortingen “zorgovereenkomst” leveren geen uitsluitsel over het bestaan van de overeenkomst;
– de maandelijkse vergoeding was meer dan een compensatie voor de geleverde zorg.
– rekening houdend met een testamentaire bevoordeling kan de animus donandi worden aanvaard;
– men poogde de schenking verdoken te houden;
-de maandelijkse betalingen aan kind 1 worden niet beschouwd worden als een vergoeding in het kader van een zorgovereenkomst, maar als schenking buiten erfdeel en wordt gevoegd bij de fictieve massa van de nalatenschap van de vader.

Juridisch kunnen veel bezwaren worden geformuleerd op dit standpunt, (dat interne juridische tegenstrijdigheden bevatte) maar de kern van de opmerking blijft: dat de tegenstrijdige visies voorkomen konden worden mits het opstellen van een correcte overeenkomst en begeleiding.

Een geschreven overeenkomst.

Het Hof van Beroep te Gent oordeelde op 18.06.2015 als volgt:

– Omdat de erfgenamen er niet in slagen aan te tonen dat de betrokken partijen de zorgprestatie hebben geveinsd, ligt het bewijs van een vermomde schenking niet voor.
– De zorgovereenkomst waarbij de betaling wordt uitgesteld tot op het ogenblik van het overlijden van de verzorgde persoon, is geen verboden erfovereenkomst. De overeenkomst houdt immers geen louter eventuele rechten in die pas zullen ontstaan bij het openvallen van de nalatenschap, maar wel reeds actuele rechten.
-De zorgovereenkomst wordt aanvaard en betaling wordt verrekend op de massa.

In de praktijk ontmoeten we de meest tegenstrijdige adviezen / beslissingen:

-de overeenkomst wordt wél verrekend.

vb1. – als een vergoeding voor geleverde diensten en dus niet verrekend op de reserve of op het beschikbaar deel.

vb2.- als een schenking buiten deel gezien het uitstel van betaling dient te worden beoordeeld als een onrechtstreekse verdoken schenking, aanrekenbaar op het beschikbaar deel en toewijsbaar boven de reserve.

vb3.- De bekwaamheid van mevrouw op het ogenblik van het afsluiten van de zorgovereenkomst wordt niet weerlegd. Mevrouw kon bijgevolg perfect geldig een overeenkomst afsluiten.

-de overeenkomst wordt slechts gedeeltelijk verrekend.

Vb1.Vijfhonderd euro per maand is geen onredelijk bedrag voor de volledige zorg van een ouder. Doch een volledige verzorging heeft blijkbaar nooit plaats gevonden. De verpleging en familiehulp deden een groot deel van de in het zorgenplan opgenomen taken. Deze zorgen werden aan de betrokken derden betaald. Slechts een deel van het zorgenplan werd uitgevoerd door kind 1 zodat de vergoeding die daar tegenover staat dient te worden herleid.

-de overeenkomst wordt niet verrekend.

vb1.- de overeenkomst werd wel aangegaan maar er dient aanvullend bewijs te worden geleverd over de ononderbroken uitvoering ervan dewelke ontbreekt.

vb2- de nood aan verzorging was evolutief hetgeen niet kan worden afgeleid uit één document opgesteld bij aanvang.

vb3- ook de nadere kinderen leverden diensten; er kan niet worden uitgemaakt in welke mate de geleverde diensten het aandeel overtreft van de andere kinderen.

vb4.- De uitvoering van deze overeenkomst kon niet meer worden uitgevoerd van zodra moeder werd opgenomen in een rusthuis. Het grotendeel van de zorgen wordt dan immers overgenomen door het personeel van het rusthuis. De uitvoering van de overeenkomst kan vanaf de opname van de erflater het rusthuis dan ook niet meer worden geëist.

Nogmaals : een zorgvuldig opgestelde overeenkomst, mét opvolgende kwijtingen voor de geleverde prestaties, en mét aandacht voor het evolutief karakter van de verzorgingsbehoeftes, kan deze tegenstrijdige visies en problemen voorkomen.

Volledigheidshalve: het fiscale plaatje:

In theorie

Er zijn mogelijk fiscale risico’s van een zorgovereenkomst.

Soms neemt een kind de beslissing om part-time te gaan werken om in te staan voor de verzorging van een ouder.

Wanneer de verzorging als beroepsbezigheid zou worden aanzien, kan de vergoeding voor deze zorgen als beroepsinkomen worden belast onder het stelsel van de inkomstenbelasting,

Wordt de verzorging niet als beroepsbezigheid aanzien, dan kan de vergoeding voor deze diensten als een divers inkomen worden belast.

In de praktijk komen we dit echter (gelukkig) niet tegen (tot op heden)

Rene Kumpen               Vanessa Vliegen               Raf Sterken               Ann Keunen
Advocaat – Vennoot      Advocaat – Vennoot         Advocaat                   Advocaat