Skip to content Skip to footer

Help, ik wil samenwonen !

U wenst te gaan samen te wonen met uw nieuwe partner door samen een onroerend goed te hu-ren, dan wel te kopen of in te trekken in het onroerend goed van één van beiden.

Welke formaliteiten moet / wil u op dat moment vervullen ?

Is het nuttig om wettelijk te gaan samenwonen of volstaat de feitelijke samenwoning?

De wetgever heeft een statuut uitgewerkt voor personen die willen samenwonen en hieraan be-paalde gevolgen willen koppelen, de zogenaamde wettelijke samenwoning. Een wettelijke samenwoning ontstaat door een verklaring van beide partijen voor de ambtenaar van de Burgerlijke Stand en houdt op door overlijden of door een verklaring van één van beide partijen. Partijen kun-nen bepaalde afspraken overeenkomen in een onderhandse, dan wel notariële overeenkomst. Een notariële overeenkomst, opgesteld voorafgaandelijk aan de verklaring van wettelijke samenwoning, kan geregistreerd worden.

Het samenleven van twee personen is niet beperkt tot het huwelijk of tot de samenwoning waarvoor een wettelijk statuut werd uitgewerkt. Zo kan er tussen twee personen een duurzame levensgemeenschap bestaan, zonder dat ze gehuwd zijn of voor een wettelijke samenwoning hebben geopteerd, te weten de feitelijke samenwoning (domicilie op hetzelfde adres). Feitelijke samen-woners kunnen eveneens bepaalde afspraken maken in een samenlevingsovereenkomst (onder-hands of notarieel).

De belangrijkste verschillen tussen beide samenlevingsvormen situeren zich in het erfrecht ener-zijds en de onderhoudsverplichting anderzijds.

1. Erfrecht

Tussen feitelijke samenwoners bestaat er geen wettelijk erfrecht.

Indien men een erfrecht jegens mekaar wenst te creëren, dient men zelf de nodige stappen te ondernemen, bijv. :

– Het opstellen van een testament :

Voordelen
Dit is een goedkope en gemakkelijker manier om mekaar te bevoordelen.

Het laagste tarief van successierechten is van toepassing. Hiervoor dient men wel minstens 1 jaar gezamenlijk gedomicilieerd te zijn.

Nadelen
Het is éénzijdig herroepbaar.

De erfgenamen (ouders,kinderen) kunnen de inkorting vragen als het beschik-baar deel werd overschreden.

– Het invoeren van een beding van aanwas bij aankoop onroerend goed (met op-tie)

Voordelen
Enkel herroepbaar mits wederzijds akkoord.

Erfgenamen (ouders, kinderen) kunnen geen inkorting vragen als het beschik-baar deel werd overschreden.

Nadeel
Hoog tarief successierechten

Feitelijke samenwoners worden vrijgesteld van het betalen van successierechten op de ge-zinswoning op voorwaarde dat ze minstens 3 jaar gezamenlijk gedomicilieerd zijn.

Wettelijke samenwoners hebben sedert 2007 een wettelijk erfrecht, te weten het vrucht-gebruik op de gemeenschappelijke woonplaats en het huisraad.

Dit is geen reserve zodat het te allen tijde kan uitgesloten worden.

Indien wettelijke samenwoners hun erfrecht jegens mekaar wensen uit te breiden, kunnen zij dit doen door navolgende stappen te ondernemen :

– Het opstellen van een testament:

Voordelen
Dit is een goedkope en gemakkelijker manier om mekaar te bevoordelen.

Het laagste tarief van successierechten is van toepassing.

Nadelen
Het is éénzijdig herroepbaar.

Ouders kunnen geen inkorting vragen.

Kinderen van de erflater kunnen wel de inkorting vragen als het beschikbaar deel werd overschreden.

– Het invoeren van een beding van aanwas bij aankoop onroerend goed (met op-tie)

Voordelen
Enkel herroepbaar mits wederzijds akkoord.

Erfgenamen (ouders, kinderen) kunnen geen inkorting vragen als het beschik-baar deel werd overschreden.

Nadeel
Hoog tarief successierechten

Feitelijke samenwoners worden vrijgesteld van het betalen van successierechten op de ge-zinswoning op voorwaarde dat ze minstens 3 jaar gezamenlijk gedomicilieerd zijn.

2. Vermogensrechtelijke gevolgen

2.1 Rechten en plichten / Onderhoudsverplichting

Tussen feitelijke samenwoners is er geen wederzijdse onderhoudsverplichting. Enkel voor de gemeenschappelijke kinderen kan na een eventuele breuk een onderhoudsbijdrage worden gevorderd.

Voor wettelijke samenwoners heeft de wetgever een primair stelsel uitgetekend, waarin de rechten en plichten van de wettelijk samenwonenden worden omschreven (art. 1477 B.W.). Dit primair stelsel is uiteraard beperkter dan bij gehuwden en heeft enkel betrekking op de bescherming van de gezinswoning, de bijdrage in de lasten van het samenleven en de hoofdelijke aansprakelijkheid voor gezinsschulden.

Daarnaast is ook voorzien in een regeling bij beëindiging van het stelsel. In het kader hiervan kan de wettelijk samenwonende partner een aantal maatregelen vorderen, waaronder een onderhoudsbijdrage van de andere partner voor de gemeenschappelijke kinderen EN voor zichzelf.

Het persoonlijk onderhoudsgeld voor de ex-partner dat desgevallend wordt toegekend door de Rechtbank aan de ex-partner kan maximum toegekend worden voor een periode van 1 jaar (art. 1479 B.W.).

2.2 Fiscale gevolgen

Feitelijke samenwoners worden fiscaal aanzien als alleenstaanden en dienen elk apart hun aangifte personenbelasting in.

Inzake de personenbelasting worden gehuwden en wettelijk samenwonenden veelal gelijk behandeld (decumul, één aangifte, …).

De belastingvrije som is gelijk voor beide samenlevingsvormen.

Voor wettelijk samenwonenden wordt zoals voor gehuwden het zogenaamde huwelijksquo-tiënt of misschien beter ‘samenwoningsquotiënt’ toegekend.

De wettelijke samenwonende partner, die zijn partner helpt in het uitbouwen van de onder-neming of vrij beroep kan genieten van een toekenning meewerkende samenwonende partner.

2.3 Huur van de gezinswoning

Indien de huurovereenkomst door één van beide feitelijke samenwoners is afgesloten, dan kan de andere partner enkel medehuurder worden indien de oorspronkelijke huurder en de eigenaar dit goedkeuren.

Indien de medehuur niet wordt goedgekeurd, heeft de andere partner geen enkele be-scherming bij overlijden van de huurder of wanneer de relatie wordt beëindigd. Hij/zij kan op dat moment worden uitgezet (bezetting ter bede).

Wettelijke samenwoners hebben beschikken daarentegen over een wettelijk medehuur-recht (art. 215§2 en art. 1477§2 B.W.). Dit betekent dat in geval van overlijden de langstle-vende automatisch het recht op de huur van de gezinswoning verkrijgt.

Rene Kumpen               Vanessa Vliegen               Raf Sterken               Ann Keunen
Advocaat – Vennoot      Advocaat – Vennoot         Advocaat                   Advocaat